De eerste maand van het jaar staat niet alleen in het teken van het starten met allerlei nieuwe plannen, maar ook met het afronden van het voorbije jaar. En dat geldt natuurlijk ook op administratief gebied: deze maand doe je de laatste BTW-aangifte van het jaar 2015. Een aangifte die op een paar punten extra aandacht vraagt .
Persoonlijk vind ik de wet op de Omzetbelasting één van de meest gecompliceerde belastingwetten en ik kan me goed voorstellen dat veel ondernemers moeite hebben met het juist invullen van het aangifteformulier. Daarom hier deel één van een speciale ‘BTW-aangifte-column’ in twee delen. Een spoedcursus voor de doe-het-zelfers onder ons met aandacht voor die eerste rubriek uit de aangifte!
Het begin: Vul eerst de bedragen voor het 4e kwartaal in.
Correcties die betrekking op eerdere perioden van het jaar kun je nu nog eenvoudig doorvoeren. Na het indienen van je laatste aangifte kan dat alleen nog met een “Suppletie aangifte”. Ga er dus even rustig voor zitten: beter nu wat extra tijd besteden aan de berekeningen dan straks tijd en energie kwijt zijn aan de suppletie.
Nadat je de aangifte over de laatste periode van het afgelopen jaar hebt ingevuld, tel je alle aangiften van 2015 bij elkaar op. Komt het jaartotaal overeen met de som van de totalen in de diverse rubrieken? Dan ben je nu klaar!
Is er een verschil? Dan heb je misschien tussentijds correcties doorgevoerd of je misschien vergist. Zoek uit waardoor dat verschil veroorzaakt wordt. Pas vervolgens je aangifte aan zodat het totaal van de aangiften overeenkomt met je boekhouding. Belangrijk om te onthouden dat het gaat om het jaartotaal. Dat kan dan dus afwijken van je kwartaal boekhouding!
Het aangifteformulier:
Het aangifteformulier bestaat uit vijf rubrieken. Ik zal in dit deel van mijn spoedcursus uitleggen wat er gevraagd wordt en waar je op moet letten bij invullen van de gegevens in de eerste rubriek.
Rubriek 1:
Deze rubriek heeft betrekking op producten en/of diensten die je het afgelopen jaar in Nederland leverde. Omdat niet alle producten en diensten met dezelfde BTW worden belast, wordt de BTW per tariefgroep uitgesplitst.
1a) Leveringen/diensten Nederland belast met hoog tarief 21%
Dit is het basistarief in Nederland. Geef het netto bedrag van je omzet en het bedrag dat je aan de btw 21% rekende. Misschien leverde je producten of diensten aan particulieren in de Europese Unie. Die leveringen/diensten kun je hier vermelden. Tenzij je hoge omzetten hebt van meer dan circa € 20.000 in een land van de Unie. Doe het dan niet zelf, maar neem een boekhouder om de aangifte voor je te regelen.
EN: als je in 2015 digitale producten of diensten leverde aan afnemers in Europa zonder BTW nummer zoals particulieren, stichtingen e.d. kijk dan hier om te weten wat hoe te doen.
1b) Leveringen/diensten Nederland belast met laag tarief 6%.
Je weet vaak wel welke van je leveringen en/of diensten hieronder vallen. De verkoop van boeken bijvoorbeeld, levensmiddelen, je diensten als kapper. Weet je het niet zeker? Check dan de lijst van producten en diensten die staat opgesomd in tabel I van de wet op de omzetbelasting.
1c) Leveringen/diensten Nederland belast met overige tarieven behalve 0%
Deze rubriek is bijvoorbeeld voor verkoop van gebruikte goederen. Heb je hiermee te maken? Zoek een boekhouder!
1d) Privé-gebruik
* Gebruik je een auto van de zaak en trek je de kosten en de btw af binnen je bedrijf? Dan moet je hier de cataloguswaarde van je auto vermelden en 2,7% van die waarde als te betalen btw rekenen. Als je de auto meer dan 5 jaar zelf in gebruik hebt, dan is dat 1,5%
* Gebruik je je mobiele telefoon voor een belangrijk deel ook privé? Of, zoals bij mij het geval is, staan er gezinsleden in het zakelijk abonnement opgenomen? Neem dan dat privé-aandeel hier op.
* Heb je een privé-auto waarvoor je €0,19 per kilometer aan je bedrijf declareert? En heb je de bonnen van brandstof en onderhoud bewaard? Dan kun je de btw aftrekken onder rubriek 5b. Bij 1d noteer je in Euro’s het percentage priveaandeel van die kosten voor brandstof en onderhoud.
Voorbeeld: Je reed in het hele jaar 20.000 kilometer. De btw heb je steeds afgetrokken, maar nu blijkt dat je aan het eind van 2015 in totaal slechts 5.000 kilometer zakelijk verreden hebt. De rest = 75% is privé. Dan betaal je bij privé-gebruik 75% van de afgetrokken btw terug. Heb je geen begin- en eindstand van 2015 bij de hand? Trek dan alle btw af onder 5b, noteer bij 1d de cataloguswaarde van je auto en betaal 1,5% van die waarde als btw. Als dat bedrag hoger is dan de btw die je aftrekt, laat dan het hele ‘btw privé auto -‘ verhaal lekker zitten, want dan doe je jezelf tekort. Beetje ingewikkeld verhaal, hè?
* Gebruik je zaken uit je bedrijf voor privé-doeleinden? Vermeld onder 1d de waarde daarvan en de bijbehorende btw. Voorbeeld: het tennisracket uit je sportwinkel dat je voor jezelf gebruikt, de maaltijden uit je eethuis die je nuttigt.
1e) Leveringen/diensten belast met 0% of niet bij jou belast
De regeling ‘BTW verlegd’ komt veel voor in de bouwsector. De aannemer die voor andere aannemers leveringen doet, schrijft een factuur uit met ‘BTW verlegd’. Welke leveringen onder 0% vallen, staat opgesomd in tabel II van de wet op de omzetbelasting. http://wetten.overheid.nl/BWBR0002629/volledig/geldigheidsdatum_11-01-2015#TabelII
Let op: Vrijgesteld van btw of 0% zijn twee verschillende zaken. Wie is vrijgesteld kan geen BTW aftrekken. Een ondernemer die levert tegen 0% kan dat wel.
Voor zover mijn uitleg over het invullen van de eerste, vaak bewerkelijkste rubriek van de aangifte BTW. Laat me weten waar je tegen aan loopt bij invullen van de BTW aangifte. Ik help je graag door je vragen te beantwoorden!
Het tweede deel van deze spoedcursus BTW-aangifte gaat over het invullen van de rubrieken 2 tot en met 5 en de herziene versie verschijnt dinsdag 12 januari. Ruim op tijd om voor het einde van de maand een correcte aangifte te doen!
(Dit is de herziene versie van het artikel ‘Spoed-cursus BTW-aangifte deel 1’, dat op 13 januari 2015 voor het eerst gepubliceerd werd)
1 reactie